Een manier om de werkrelaties tussen twee machines of bewerkingen te reguleren om overproductie te voorkomen en te zorgen voor een gebalanceerd gebruik van middelen.
In de illustratie zullen beide machines en de transportband pas gaan draaien als er aan drie voorwaarden is voldaan: machine A is vol, de transportband bevat de standaard hoeveelheid onderhanden werk (in dit geval één stuk) en machine B is leeg. Als er aan die voorwaarden is voldaan, komen alle drie de onderdelen in beweging. Vervolgens wachten zij tot er opnieuw aan de voorwaarden wordt voldaan.